artsenteam

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • art·sen·team
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord artsenteam artsenteams
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het artsenteamo

  1. (medisch) groep samenwerkende doktoren
     Er wachtten nog veel onderzoeken voordat het artsenteam op de kankerafdeling zou besluiten welke behandeling hij zou krijgen.[1]
     Iemand van de reisorganisatie is in Dar es Salaam om de slachtoffers bij te staan. Ook een artsenteam van SOS International is ingevlogen om de situatie te beoordelen.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Henning Mankell (vert.Clementine Luijten en Jasper Popma)
    “Zweedse laarzen” (2015), De Geus (uitgeverij), ISBN 9789044535723
  2. Bronlink geraadpleegd op 14 april 2022 Weblink bron “Nederlander gedood door bijen in Tanzania: 'Ze steken je met honderden tegelijk'” (01-11-2019), NOS