artsenopleiding

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • art·sen·op·lei·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord artsenopleiding artsenopleidingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de artsenopleidingv

  1. (onderwijs) (medisch) universitaire beroepsopleiding tot arts
     Hij had meegemaakt — en nooit zijn verbazing en trots onder stoelen of banken gestoken — dat ik erin geslaagd was mijn artsenopleiding te voltooien.[1]
     De Europese Commissie kan een land niet dwingen om de artsenopleiding te verkorten. Het plan kan er wel toe leiden dat andere landen de opleiding inkorten. De bewindsvrouw wil ook dit voorkomen, omdat Nederland dan mogelijk verplicht wordt artsen uit het buitenland toe te laten die korter zijn opgeleid.[2]
Synoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Henning Mankell (vert.Clementine Luijten)
    “Italiaanse schoenen” (2011), De Geus (uitgeverij), ISBN 9789044521832
  2. Bronlink geraadpleegd op 6 april 2022 Weblink bron “'Opleiding basisarts niet inkorten'” (22-06-2012), NOS