artsenbezoek

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • art·sen·be·zoek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord artsenbezoek artsenbezoeken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het artsenbezoeko

  1. (medisch) de keer dat men een arts consulteert
     De 27-jarige Sirat Ates zat op de forensische afdeling van een kliniek in Bedburg-Hau, net over de grens bij Nijmegen, om van zijn drugsverslaving af te komen. Vorige week donderdag werd hij onder begeleiding naar zijn behandelend arts gebracht, een paar kilometer verderop. Na het artsenbezoek verscheen de 22-jarige Nadia Lohja. Zij bedreigde de begeleider met een vuurwapen en sloeg met Ates op de vlucht.[1]
     Bij de elektronische detentie moet een veroordeelde thuis of op een andere vast plek blijven. Alleen voor een sollicitatie of artsenbezoek mogen veroordeelden voor maximaal twee uur weg. Vinden zij geen werk dan worden ze mogelijk ingezet voor onderhoud aan overheidsgebouwen en monumenten.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 21 februari 2023 Weblink bron “Duits crimineel duo nog steeds voortvluchtig” (Dinsdag 26 mei 2015, 16:50), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 21 februari 2023 Weblink bron “Enkelband vervangt penitentiair verlof” (Vrijdag 5 juli 2013, 18:33), NOS