armworp

Nederlands

Ruska wint met een armworp

Uitspraak

• Geluid:  armworp    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• arm·worp

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  arm zn  en  worp zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	armworp	armworpen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de armworp m

1. (sport) werptechniek die wordt toegepast bij vechtsporten zoals het judo en zelfverdedigingskunsten zoals het jiujitsu en het san shou

   • Huizinga versloeg in de klasse tot 86 kilogram in de eindstrijd de Zuid-Koreaan Yang Sun Hoon. De judoka uit Vlaardinger, titelverdediger, was na twee minuten klaar. Hij vloerde de Koreaan met een armworp.  
   • 'Die Moldaviër, Trudov, had zijn dagje, wat zijn brons bewijst. Ik wist dat hij al eens Europees beloftenkampioen was geworden. Eén seconde niet volledig geconcentreerd, misschien met de ogen geknipperd, en hij pakte me met een armworp. Nochtans wist ik dat ik voor die beweging moest opletten. Ik heb eens serieus gevloekt maar zal wel goed slapen: ik zet me er meestal makkelijk over.'  
   • Het WK draaide op een enorme teleurstelling uit voor Ilse Heylen (-52kg). Na nog geen twee minuten zat haar tornooi er al op. De Cubaanse Yanet Bermoy, die zowel op het vorige WK als de Olympische Spelen een zilveren medaille veroverde in de categorie tot 48kg, vloerde haar in haar eerste kamp met ippon. Een armworp die in een heupworp uitmondde. 'Ik kon geen greep op haar krijgen', zei Heylen achteraf. 'Ze is een kop groter, sneller en krachtiger dan ik. Het was zij of ik. Ik durf er geld op te zetten dat ze het podium haalt (Bermoy veroverde inderdaad zilver, red.)  

Gangbaarheid

• Het woord armworp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "armworp" herkend door:

92 %	van de Nederlanders;
90 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.