arciděkanský

Uit WikiWoordenboek

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /artsɪɟɛkanskiː/
Woordafbreking
  • ar·ci·dě·kan·ský
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandig naamwoord arciděkan met het achtervoegsel -ský
  • Afgeleid van het bijvoeglijk naamwoord děkanský met het voorvoegsel arci-

Bijvoeglijk naamwoord

arciděkanský

  1. (religie) aartsdiaken-; met betrekking tot aartsdiakens of het aartsdiakenschap
Verbuiging


Verwante begrippen

Verwijzingen