archivist
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ar·chi·vist
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | archivist | archivisten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (beroep) beheerder van een archief
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord archivist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.