aquajoggen

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aqua·jog·gen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

aquajoggen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aquajoggen
aquajogde
geaquajogd
zwak -d volledig
  1. (sport) fitnessen in het water van een ondiep zwembad
     De middenafstandloper probeert blessures te voorkomen door zijn lichaam minder zwaar te belasten. Aquajoggen helpt daarbij. 'Zeker een training in de week ben ik in het zwembad te vinden."[2]
     Zwembad Dorper Esch Denekamp; Open voor banenzwemmen en groepslessen zoals aquajoggen. Ook hier is volgens de richtlijnen vooraf reserveren verplicht.[3]
Verwante begrippen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. aquajoggen op website: Etymologiebank.nl
  2. Bronlink geraadpleegd op 20 oktober 2021 Weblink bron “Atleet Kupers gaat aquajoggend naar wereldtop” (24-02-2014), Tubantia
  3. Bronlink geraadpleegd op 20 oktober 2021 Weblink bron
    Bjorn Weinreder
    “In welke Twentse en Achterhoekse zwembaden kun je weer een duik nemen? Bekijk hier een overzicht” (29-05-2020), Tubantia