aprilnummer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aprilnummer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- april·num·mer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van april zn en nummer zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aprilnummer | aprilnummers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het aprilnummer o
- uitgave van een tijdschrift of ander periodiek in de 4de maand van het jaar
Verwante begrippen
- januarinummer, februarinummer, maartnummer, meinummer, juninummer, julinummer, augustusnummer, septembernummer, oktobernummer, novembernummer, decembernummer
Gangbaarheid
- Het woord aprilnummer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.