apalis

Nederlands

bergapalis (Apalis porphyrolaema)

Uitspraak

• Geluid:  apalis    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• apa·lis

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	apalis	apalissen
verkleinwoord	apalisje	apalisjes

Zelfstandig naamwoord

apalis

1. (zangvogels) Apalis  een geslacht van zangvogels uit de familie Cisticolidae . Het geslacht kent de volgende soorten

Hyponiemen

• bamenda-apalis, bergapalis, bruinkopapalis, bruinstaartapalis, Chapins apalis, chirinda-apalis, geelborstapalis, geelkeelapalis, Goslings apalis, grijze apalis, halsbandapalis, kabobo-apalis, karamoja-apalis, kivu-apalis, kortstaartapalis, maskerapalis, namuli-apalis, Rudds apalis, taita-apalis, tanzania-apalis, witvleugelapalis, zilverapalis, zwartkapapalis, zwartkeelapalis, zwartrugapalis

Verwante begrippen

• acacia-apalis, ornaatapalis, rwenzori-apalis

Gangbaarheid

• Het woord 'apalis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.