ansichtkaarten
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- an·sicht·kaar·ten
Zelfstandig naamwoord
ansichtkaarten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord ansichtkaart
- ▸ Chantal zag dat er naast een stapeltje ansichtkaarten twee rode polsbandjes in het tasje lagen.[1]
Verwijzingen
- ↑ “ (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht, ISBN 90-229-9182-2