angrep

Uit WikiWoordenboek


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·grep
Woordherkomst en -opbouw
  • Afleiding van het Noorse werkwoord angripe
Naar frequentie 1125
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   angrep     angrepet     angrep     angrepa
angrepene  
genitief   angreps     angrepets     angreps     angrepas
angrepenes  

Zelfstandig naamwoord

angrep, o

  1. aanval
    «Angrepet ble utført med militær presisjon.»
    De aanval werd uitgevoerd met militaire precisie.
  2. inval, invasie
  3. kritiek
  4. (sport) aanval (schaak, voetbal)
Afgeleide begrippen

Zelfstandig naamwoord

angrep

  1. nominatief onbepaald mannelijk meervoud van angrep


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·grep
Woordherkomst en -opbouw
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   angrep     angrepet     angrep     angrepa  

Zelfstandig naamwoord

angrep, o

  1. aanval
  2. (sport) aanval (schaak, voetbal)
Synoniemen
Afgeleide begrippen

Zelfstandig naamwoord

angrep

  1. nominatief onbepaald mannelijk meervoud van angrep