angisa
Uiterlijk
- an·gi·sa
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | angisa | angisa's |
verkleinwoord | - | - |
- (kleding) (Suriname) vierkante gesteven doek die over het hoofdhaar wordt gedrapeerd
- Een goed gebonden angisa wordt op- en afgezet als een hoed. De bindwijze van de angisa, de wijze waarop de linten op de rug van het jaki gevouwen zijn en de manier waarop de pangi (een lap stof) over de schouder wordt gedragen, zeggen iets over de gemoedstoestand van de draagster of hebben een symbolische betekenis. [3]
- Het woord angisa staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "angisa" herkend door:
6 % | van de Nederlanders; |
5 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ angisa op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "anyisa" in: Wilner, J. (red.)Sranan Tongo - Nederlands Woordenboek 5e druk (2007) SIL International; p. 16; geraadpleegd 2018-07-01
- ↑ Stichting Surinaamse Vrouwen Bijlmermeer"Angisa binden en koto maken" op website: ImmaterieelErfgoed.nl; geraadpleegd 2018-07-01
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Kleding in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 6 %
- Prevalentie Vlaanderen 5 %