amateurviroloog
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ama·teur·vi·ro·loog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | amateurviroloog | amateurvirologen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de amateurviroloog m
- (medisch) een leek die de inzichten van professionele virologen en medici in twijfel trekt op basis van persoonlijke opvattingen en onderbuikgevoelens
Gangbaarheid
- Het woord 'amateurviroloog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.