altruïsme
Uiterlijk
- al·tru·is·me
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘onbaatzuchtigheid’ voor het eerst aangetroffen in 1898 [1]
- afgeleid van het Latijnse alter met het achtervoegsel -isme [2][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | altruïsme | - |
verkleinwoord | - | - |
het altruïsme o
- levenshouding van iemand die zijn handelwijze laat bepalen door de belangen van anderen
- Het woord altruïsme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "altruïsme" herkend door:
87 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "altruïsme" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- 1 2 altruïsme op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Achtervoegsel -isme in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 87 %
- Prevalentie Vlaanderen 91 %