alpenroos

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

alpenroos
Uitspraak
Woordafbreking
  • al·pen·roos
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord alpenroos alpenrozen
verkleinwoord alpenroosje alpenroosjes

Zelfstandig naamwoord

de alpenroosv / m

  1. Rhododendron ferrugineum op Wikispecies plant die in het hooggebergte groeit
    • De stevige wandeling levert meer op dan alleen het uitzicht op de imposante ijsmassa. Op de berghellingen staan de alpenbloemen volop in bloei. De gewone alpenroos (Rhododendron ferrugineum) kleurt hele stukken rozerood. De witte alpenmargriet, de blauwe voorjaarsgentiaan en de gele voorjaarszonnebloem maken het kleurenpalet compleet. [2] 
    • De volgende dag is het serieus. Een ervaren berggids wacht in alle vroegte. We krijgen een extra dosis magnesium, hij controleert of we gewapend zijn tegen de verwachte regen en dan rijden we naar Grabs, om vandaar naar de Tilisunahütte (2.211 meter) te klimmen. Het is zomer, de alpenroos en gentiaan kleuren de dag, en de brunel geurt naar chocolade. ‘Maar de beste periode om hier te komen is september’, geeft de gids mee, met een blik naar de dichtschuivende hemel. [3] 
    • Dus kun je er van eind mei tot diep in september genieten van een uitbundige, wisselende bloemengalerij. Van alpenkrokus en -anemoon via trollius, sleutelbloem en gentiaan tot en met de veelbezongen edelweiss, roze bergbastaardwederik en de schitterende alpenroos (een rododendronsoort), naast onnoemelijk veel andere bloemen. [4] 
91 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[5]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Reformatorisch Dagblad Gerco Verdouw 20-02-2012 Alpenbloem wacht op de lente
  3. De Standaard 23 MEI 2015 Peter Vantyghem Tirol zonder tierlantijnen
  4. NRC Doortje Stellwagen 25 juli 2015 Kijken, kijken, niet plukken
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be