almaviva
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- al·ma·vi·va
Woordherkomst en -opbouw
- [1] een verwijzing naar de kleding van de fictieve graaf d'Almaviva, een hoofdpersoon in twee bekende blijspelen van P. Beaumarchais : Le Barbier de Séville (1775) en Le Mariage de Figaro (1778), in de betekenis "wijde mantel" aangetroffen vanaf 1795 (zie vindplaats hieronder) [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | almaviva | almaviva's |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (kleding) (geschiedenis) lange, wijde mantel zonder mouwen
- Op de kamer van Hasebroek leerden Beets en Kneppelhout elkaar nader kennen, waar de laatste zijn entree in een zwierige almaviva en een broek van Chinese stof maakte. [3]
- ⧖ Op Donderdagochtend, den 5 November, 1795, is tusschen 11 en 12 uuren, uit een Chais, komende van Bloemendaal, en rydene langs de Jansweg, Bakenessergragt, de Gravesteene brug over, door de Agterstraat. na de Amsterdamsche Schuit, verlooren: Een Blauwlakensche MANTEL, zynde een Almaviva, die dezelve by de Stads-Omroeper te regt brengt, zal een halve ryder genieten. [4]
- (kookkunst) pudding die verschillend gekleurde lagen heeft
- ⧖ Marasquin-roompudding in drie kleuren (Almaviva): ½ L. room en ½ L. melk met één of twee lepels suiker koken en, van het vuur, vermengen met 45 a 50 gr. gelatine en ½ d.L. marasquin; dit in drieën verdeelen; één deel wit laten, en eerst, in den met eiwit bestreken vorm, wat laten bekoelen, daarop het tweede deel leggen, dat roze gekleurd is met een paar druppels cochenille, dit weer bedekken met het derde deel, bruin gekleurd met chocola of caramel; (…) [5]
Gangbaarheid
- Het woord almaviva staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "almaviva" herkend door:
10 % | van de Nederlanders; |
18 % | van de Vlamingen.[6] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ almaviva op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Mathijsen, M. & F. Ligtvoet"Pleidooi der vriendschap" in: Maatstaf. jrg. 28 nr. 1 (januari 1980) Arbeiderspers, Amsterdam; p. 2; geraadpleegd 2019-11-04
- ↑ advertentie in: Haarlemse Courant (10 november 1795); p. 4; geraadpleegd 2019-11-04
- ↑ Bakker-Enk, E.M.Kookboek (1922) W.J. Thieme & Cie., Zutphen; p. 313; geraadpleegd 2019-11-04
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Kleding in het Nederlands
- Geschiedenis in het Nederlands
- Kookkunst in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 10 %
- Prevalentie Vlaanderen 18 %