allure
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- al·lu·re
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘houding’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
- uit het Frans [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | allure | allures |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- indrukwekkende uitstraling
- Hij vertelde met veel allure over zijn grootse prestaties.
Synoniemen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord allure staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "allure" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "allure" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ allure op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be