allerrijkst

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • al·ler·rijkst
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen allerrijkst
verbogen allerrijkste

Bijvoeglijk naamwoord

allerrijkst

  1. beschikkend over zeer veel financiële middelen
     De allerrijkste huishoudens in Nederland betalen gemiddeld veel minder belasting dan andere huishoudens. Lagere inkomens betalen juist relatief meer belasting. Dat schrijft het Centraal Planbureau (CPB) in het onderzoek „Ongelijkheid en Herverdeling” dat is opgesteld in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).[1]
     Zijn nieuwe werkgever in België hoopt onder Overmars ook successen te gaan boeken. Vijf jaar geleden speelde Antwerp nog in de tweede klasse. Bij de promotie raakte bekend dat de club in handen was gekomen van Paul Gheysens, eigenaar van bouwbedrijf Ghelamco en een van de allerrijkste Belgen.[2]
Antoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 6 april 2022 Weblink bron “CPB: sterkste schouders dragen niet de zwaarste lasten” (25 maart 2022), Reformatorisch Dagblad
  2. Bronlink geraadpleegd op 6 april 2022 Weblink bron
    Yanko Beeckman & Mike Verweij
    “Marc Overmars directeur ambitieus Antwerp” (21 mrt. 2022), De Telegraaf