alerteren

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  alerteren    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• aler·te·ren

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van het Franse alerter (met het achtervoegsel -eren)

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
alerteren	alerteerde	gealerteerd
zwak -d	volledig

Werkwoord

alerteren

1. overgankelijk alert maken op mogelijk gevaar, bv. attenderen op het risico van een terroristische aanval
2. (bridge) een handeling om de tegenstanders attent te maken op een bijzondere biedafspraak

Afgeleide begrippen

• alertering

Vertalingen

    1.   

Frans: alerter (fr)

Gangbaarheid

• Het woord alerteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.