agobiarse
Spaans
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
agobiarse |
agobiaba |
agobiado |
volledig |
Werkwoord
agobiarse
Woordafbreking
- a·go·biar·se
- wederkerend
- (~ bajo/por) gebukt gaan onder
- te hard werken, druk bezig zijn
Synoniemen
[2] atarearse