agender

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • agen·der
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van gender met het voorvoegsel a-
enkelvoud meervoud
naamwoord agender agenders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de agenderv / m

  1. iemand die niet ingedeeld kan of wil worden in de traditionele genderindeling van man en vrouw
stellend
onverbogen agender
verbogen

Bijvoeglijk naamwoord

agender

  1. zonder geslacht
     Verhoeven moedigt het aan dat subgroepen binnen de lhbti-gemeenschap zich gerepresenteerd willen zien op een vlag. Maar dat kan ook met eigen, individuele vlaggen, vindt hij. Hij verkoopt zelf meer dan vijftig verschillende Pride-vlaggen, van de lesbische vlag tot de panseksualiteitvlag. "Agender, androfiel, aromantic, aseksueel, ze hangen op alfabet."[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 mei 2023 Weblink bron “Moet deze vlag niet anders?” (Vrijdag 30 juli 2021, 22:58), NOS