afstudeerstage

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  afstudeerstage    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• af·stu·deer·sta·ge

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  afstuderen zn  en  stage zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	afstudeerstage	afstudeerstages
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de afstudeerstage v / m

1. (onderwijs) de laatste plaats waar een student werkt voordat hij zijn opleiding afrondt

   ▸ Niet dat Möller kon bogen op een surplus aan ervaring als trainer. Samen met Dieter Eilts (u weet wel, de beste speler van het EK 1996) deed hij de trainerscursus in Keulen. Hij liep stage in Hamburg bij Bert van Marwijk. Zijn afstudeerstage vervulde hij bij zijn oude club Juventus, waar hij de werkwijze van de toenmalige coach Didier Deschamps analyseerde. Daarna dook Andy Möller onder als hoofdtrainer van anonieme clubs met fraaie namen als Viktoria Aschaffenburg en Kickers Offenbach.

   ▸ Het is niet zo dat elke student aanspraak kan maken op de extra beurs. Je moet behoorlijk goede cijfers halen en het bedrijf moet natuurlijk ook wat aan je hebben: de specialisatie in je studie moet dan ook relevant zijn voor NXP. Daarnaast moet je je afstudeerstage of scriptie bij het bedrijf schrijven.

Gangbaarheid

• Het woord afstudeerstage staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.