afleiding
Uiterlijk
- af·lei·ding
- Naamwoord van handeling van afleiden met het achtervoegsel -ing [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | afleiding | afleidingen |
| verkleinwoord | afleidinkje | afleidinkjes |
de afleiding v
- een gebeurtenis of activiteit die de gedachten op iets anders richt
- Gezien de status-quo van de laatste dagen zouden de moffen hen, zelfs als ze hen zagen, laten kijken en terug laten gaan, meer dan wat afleiding was het niet. [2]
- ▸ Ik had Quick altijd beschouwd als een interessant raadsel, een afleiding, tegelijkertijd een bron van inspiratie en een obstakel.[3]
- ▸ Overdag probeer ik er niet aan te denken. Zoek ik afleiding. Dan luister ik naar de radio of kijk wat televisie.[4]
- (taalkunde) een woord dat middels toevoeging van een voor-, in- of achtervoegsel gevormd wordt uit een ander
- Dertiger jaren schreef ik, met dertiger als een bijvoeglijk naamwoord, een afleiding op -er van een telwoord, die vaak werd gezien als een voorbeeld van zo'n germanisme, ontleend aan het Duits dreiziger (een zelfstandig naamwoord als tachtiger zou wel correct Nederlands zijn). [5]
- (wiskunde) een serie logisch uit elkaar volgende uitdrukkingen die laten zien hoe een bepaalde formule volgt uit definities en axioma's
- Als de afleiding correct is, is de afleiding een bewijs.
- [2]: samenstelling
1. een gebeurtenis of activiteit die de gedachten op iets anders richt
2. een woord dat middels toevoeging van een voor-, in- of achtervoegsel gevormd wordt uit een ander
- Het woord afleiding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afleiding" herkend door:
| 100 % | van de Nederlanders; |
| 98 % | van de Vlamingen.[6] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ afleiding op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Lemaitre, Pierre"Tot ziens daarboven" 2014 ISBN 9789401601931 pagina 14
- ↑ Jessie Burton (vert.Marja Borg)“De muze” (2017), Luitingh-Sijthoff
, ISBN 9789024574704 - ↑ “All-inclusive”
(2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht
, ISBN 90-229-9182-2 - ↑ Santen, A. van"1978. S. Theissen: Germanismen in het Nederlands" in: Internationale Neerlandistiek. jrg. 50 nr. 1 (februari 2012) Amsterdam University Press, Amsterdam; ISBN 978 90 8964 432 9: p. 52; geraadpleegd 2019-03-20
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Taalkunde in het Nederlands
- Wiskunde in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %