Naar inhoud springen
affronte
- eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van affronter
- eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van affronter
- tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van affronter
-