afdwingbaar

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·dwing·baar
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen afdwingbaar afdwingbaarder afdwingbaarst
verbogen afdwingbare afdwingbaardere afdwingbaarste
partitief afdwingbaars afdwingbaarders -

Bijvoeglijk naamwoord

afdwingbaar

  1. via de wet recht hebben op en kunnen opeisen
    • De algemene lijn is dat Nederlanders die zich melden zo veel mogelijk worden geholpen. Maar het hoeft niet. Want de Nederlandse wet kent geen afdwingbaar recht op consulaire bijstand. Desondanks zal, zoals een woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken het uitdrukt, de ambassade mensen bijstaan „binnen de kaders die mogelijk zijn”. [1] 

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Mark Kranenburg NRC 12 juni 2015