achtgewwe

Uit WikiWoordenboek

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • acht·gew·we
Woordherkomst en -opbouw
vervoeging
tegenwoordige tijd, aantonende wijs, bedrijvende vorm
hele vervoeging zie achtgewwe/vervoeging
onbepaalde
wijs
achtgewwe
verleden
tijd
(er) hot achtgewwe
voltooid
deelwoord
achtgewwe
enkelvoud meervoud
1e persoon ich geb Acht mir / mer gewwe Acht
2e persoon du gebscht Acht dihr / der
dihr / der
dihr / der
ihr / er
ihr / er
nihr / ner
gebt Acht
gewwe Acht
gewwe Acht
gebt Acht
gewwe Acht
gewwe Acht
3e persoon er gebt Acht sie gewwe Acht
sie gebt Acht
es gebt Acht

Werkwoord

achtgewwe

  1. onovergankelijk opletten, oppassen, toezien
Schrijfwijzen
Opmerkingen