achterdak
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ach·ter·dak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van achter zn en dak zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | achterdak | achterdaken |
verkleinwoord | achterdakje | achterdakjes |
Zelfstandig naamwoord
- een dak aan de achterkant van een gebouw
Gangbaarheid
- Het woord 'achterdak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.