academietijd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aca·de·mie·tijd
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | academietijd | academietijden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de academietijd m
- (onderwijs) (tijdrekening) periode dat men heeft gestudeerd aan een hogeschool of universiteit
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord academietijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.