abdicatiedag
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ab·di·ca·tie·dag
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van abdicatie en dag
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | abdicatiedag | abdicatiedagen |
verkleinwoord | abdicatiedagje | abdicatiedagjes |
Zelfstandig naamwoord
de abdicatiedag m
- de dag waarop de abdicatie plaatsvindt.
- De abdicatiedag is geen kroningsdag.
Gangbaarheid
- Het woord 'abdicatiedag' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.