aanzuiging

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  aanzuiging    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• aan·zui·ging

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van aanzuigen met het achtervoegsel -ing

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	aanzuiging	aanzuigingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de aanzuiging v

1. het door het veroorzaken van een negatieve druk iets naar zich toe trekken

   ▸ De hele benedenverdieping stond vol rook, waarna de brandweer besloot het ventilatiesysteem in het pand uit te zetten en op onderzoek te gaan naar de haard. Snel bleek dat het om bladeren ging die in de brandende zon smeulden en voor rook zorgden. De aanzuiging van het ventilatiesysteem bleek de rook van de bladeren in het pand te hebben gepompt.

Verwante begrippen

• aantrekking

Vertalingen

    1. het door het veroorzaken van een negatieve druk iets naar zich toe trekken   

Engels: suction (en), aspiration (en)

Gangbaarheid

• Het woord aanzuiging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.