aanslingerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanslingerde (hulp, bestand)
- IPA: / ˈanslɪŋərdə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·slin·ger·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanslingeren |
aanslingerde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanslingeren
- ... dat ik aanslingerde.
- ... dat jij aanslingerde.
- ... dat hij, zij, het aanslingerde.
- ... dat ik aanslingerde.
Gangbaarheid
- Het woord 'aanslingerde' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.