Naar inhoud springen

aankloppen

Uit WikiWoordenboek
  • aan·klop·pen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aankloppen
klopte aan
aangeklopt
zwak -t volledig

aankloppen

  1. onovergankelijk kloppen om binnen te komen
    • Op mijn driftig aankloppen werd niet gereageerd. 
  2. ~ bij: hulp vragen aan
    • Bij allerlei tegenslagen kunnen de kinderen altijd bij de ouders aankloppen 
     Door het natuurgeweld moeten honderdduizenden mensen hun leven en hun huis weer opbouwen. Daarvoor kloppen ze aan bij hun verzekeraar. Maar volgens Weppner, die zelf voor een verzekeringsmaatschappij werkt, komen huiseigenaren van een koude kermis thuis.[1]
     Niet als levende wezens met een zwaar leven die extra in de problemen waren gekomen en hier om hulp aanklopten.[2]
  3. overgankelijk door kloppen vaster maken
     Het materiaal in de voeg goed aankloppen met een zachte bezem.[3]
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]
  1. Bronlink geraadpleegd op 13 oktober 2024 Weblink bron
    Ryan Hermelijn
    “Zorgen over verzekeringscrisis Florida groeien na orkaan Milton” (12-10-2024), NOS
  2. All-inclusive” op Wikipedia (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht op Wikipedia, ISBN 90-229-9182-2
  3. Bronlink geraadpleegd op 13 december 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Het vullen van steen- en tegelvoegen” op appeltern.nl
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be