aanbiedingenpaal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aan·bie·din·gen·paal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aanbieding zn en paal met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aanbiedingenpaal | aanbiedingenpalen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de aanbiedingenpaal m
- (handel) paal waarop de aanbiedingen worden aangekondigd
Gangbaarheid
- Het woord aanbiedingenpaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.