Venloos

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  Venloos    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈvɛnlos / (2 lettergrepen)
  • (Noord-Nederland): /ˈvɛn.los/, /ˈvɛn.loʊ̯s/
  • (Limburg): /ˈvɛn.loːs/, /vɛn.ˈloːs/

Woordafbreking

• Ven·loos

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van Venlo met het achtervoegsel -s

	stellend
onverbogen	Venloos
verbogen	Venlose

Bijvoeglijk naamwoord

Venloos

1. (demoniem) gerelateerd aan of afkomstig uit Venlo

Schrijfwijzen

• Vooroorlogs: Venloosch

Gelijkklinkende woorden

• venloos

Verwante begrippen

Demoniemen bij Venlo in het Nederlands
inwoner: Venloër, Venlonaar • inwoonster: Venlose • bijvoeglijk: Venloos

Vertalingen

    1. gerelateerd aan of afkomstig uit Venlo   

Limburgs: vènloeasj (li)

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	Venloos
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het Venloos o

1. het Kreverlands dialect van de stad Venlo

Vertalingen

    1. het Kreverlands dialect van de stad Venlo   

Limburgs: Venloos (li) o

Gangbaarheid

• Het woord 'Venloos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.