Totalschaden

Uit WikiWoordenboek
[1]: Ein Verkehrsunfall mit Totalschaden
Een verkeersongeval met toal loss

Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • To·tal·scha·den
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van het Duitse bijvoeglijke naamwoord total en het zelfstandige naamwoord Schaden
enkelvoud meervoud
nominatief der Totalschaden die Totalschäden
genitief des Totalschadens der Totalschäden
datief dem Totalschaden den Totalschäden
accusatief den Totalschaden die Totalschäden

Zelfstandig naamwoord

Totalschaden, m

  1. (verkeer) total loss
    «Wenn ein Auto einen Totalschaden hat, braucht das noch nicht zu bedeuten, dass das Auto nichts mehr wert ist.»
    Als een auto total loss is hoeft dit nog niet te betekenen dat de auto niets meer waard is.
  2. (figuurlijk), (pejoratief) in de uitdrukking: Der hat einen Totalschaden.
    «Der hat einen Totalschaden
    Die heeft een klap van (de wieken van) de molen gekregen.
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen