Tefila

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: tefila

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Te·fi·la
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Tefila -
verkleinwoord - -

Eigennaam

het Tefilao

  1. (religie) (joods) naam van het dagelijks hoofdgebed, dat driemaal per dag staande wordt gezegd
    • Hun grootmoeders deden aan geen Bijbelstudies, maar mijmerden piëteitsvol hun gebeden in de „Tsene'renne" zoals ze hun in het Jiddisj vertaalde Tefila noemden. [2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen