gemakkelijk: verschil tussen versies

Uit WikiWoordenboek
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
+expr
RoggBot (overleg | bijdragen)
k [r2.6.2] robot Erbij: io:gemakkelijk
Regel 27: Regel 27:
[[fr:gemakkelijk]]
[[fr:gemakkelijk]]
[[id:gemakkelijk]]
[[id:gemakkelijk]]
[[io:gemakkelijk]]

Versie van 7 dec 2010 04:02

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·mak·ke·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen gemakkelijk gemakkelijker gemakkelijkst
verbogen gemakkelijke gemakkelijkere gemakkelijkste

Bijvoeglijk naamwoord

gemakkelijk

  1. geen moeite of inspanning vereisend
    • Alle leerlingen vonden dat een gemakkelijke proefwerkopgave. 
  2. comfortabel.
    • Hij installeerde zich in die gemakkelijke stoel. 
  3. bereidwillig om zich aan te passen
    • Wij vonden haar erg gemakkelijk in de omgang. 
Uitdrukkingen en gezegden
  • veilig en lekker gemakkelijk