ze: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k →top: vervanging sjabloon:=, zie Kroeg |
k + zie ook |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
{{zie-ook|že}} |
|||
{{=nld=}} |
{{=nld=}} |
||
{{-nlpronom-pers-}} |
{{-nlpronom-pers-}} |
Versie van 12 dec 2020 13:54
Niet te verwarren met: že |
Nederlands
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onderwerp | voorwerp | onderwerp | voorwerp | |
1e persoon | ik 'k |
mij me |
wij we |
ons |
2e persoon (informeel) |
jij je |
jou je |
jullie | jullie |
2e persoon (formeel) |
u | u | u | u |
2e persoon (regionaal) |
gij ge |
u | gij ge |
u |
3e persoon (mannelijk) |
hij ie |
hem 'm |
zij ze |
(dat.) hun (acc.) hen ze |
3e persoon (vrouwelijk) |
zij ze |
haar 'r, d'r | ||
3e persoon (onzijdig) |
het 't |
het 't | ||
Boven: benadrukte vorm. Onder: onbenadrukte vorm |
Uitspraak
Woordafbreking
- ze
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘persoonlijk voornaamwoord’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1350 [1]
Persoonlijk voornaamwoord
ze
- clitische vorm van zij; derde persoon vrouwelijk enkelvoud, onderwerp
- Komt ze vanavond nog?
- clitische vorm van zij; derde persoon meervoud, onderwerp
- Ze hebben daar zo hun redenen voor.
- (spreektaal) clitische vorm van hen of hun; derde persoon meervoud, voorwerp
- Heb je ze al een briefje geschreven?
Vertalingen
1. clitische vorm van zij (derde persoon vrouwelijk enkelvoud)
2. clitische vorm van zij (derde persoon meervoud)
Gangbaarheid
- Het woord ze staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ze" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ "ze" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Limburgs
Uitspraak
- IPA: /zɐ/ (Etsbergs)
Persoonlijk voornaamwoord
ze
- gemuteerde onbeklemtoonde nominatief van doe.
Nedersaksisch
Persoonlijk voornaamwoord
ze
- zij, ze; derde persoon enkelvoud nominatief
- zij, ze; derde persoon meervoud nominatief
Synoniemen
Verwante begrippen
Veluws
Persoonlijk voornaamwoord
ze
- zij, ze; derde persoon enkelvoud nominatief
- zij, ze; derde persoon meervoud nominatief
Synoniemen
Verwante begrippen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 2
- Persoonlijk voornaamwoord in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Spreektaal in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %
- Woorden in het Limburgs
- Woorden in het Limburgs met IPA-weergave
- Persoonlijk voornaamwoord in het Limburgs
- Woorden in het Nedersaksisch
- Persoonlijk voornaamwoord in het Nedersaksisch
- Woorden in het Veluws
- Persoonlijk voornaamwoord in het Veluws