bijvoeglijk naamwoord: verschil tussen versies

Uit WikiWoordenboek
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 33: Regel 33:
De auto rijdt snel.
De auto rijdt snel.
Het tijdschrift verschijnt wekelijks.
Het tijdschrift verschijnt wekelijks.

Lees Veder Hier https://onzetaal.nl/taaladvies/bijvoeglijk-naamwoord

Versie van 23 mrt 2020 10:19

Welke woordsoort is rood in de zin ‘De auto is rood’?

Rood is hier een bijvoeglijk naamwoord, net als in de rode auto.

Bijvoeglijke naamwoorden geven een eigenschap of toestand aan van een zelfstandig naamwoord. Bijvoeglijke naamwoorden staan vaak direct voor het zelfstandig naamwoord waar ze bij horen, maar kunnen ook als apart zinsdeel voorkomen. Enkele voorbeelden (het bijvoeglijk naamwoord is gecursiveerd):

de blonde jongen de dronken vrouw de ovale tafel Fries suikerbrood het gouden kettinkje de jaarlijkse ledenvergadering Sommige hobby’s zijn levensgevaarlijk. Ook een tegenwoordig of voltooid deelwoord kan als bijvoeglijk naamwoord gebruikt worden: een opvliegend karakter, een onderworpen volk, de vergrote foto.

Gebruik van bijvoeglijke naamwoorden Bijvoeglijke naamwoorden kunnen op vier manieren gebruikt worden: attributief, zelfstandig, predicatief en bijwoordelijk.

Attributief Een attributief gebruikt bijvoeglijk naamwoord staat direct voor het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort: de blonde jongen, de dronken vrouw. Het bijvoeglijk naamwoord is dan een bijvoeglijke bepaling.

Zelfstandig Zelfstandig gebruikte bijvoeglijke naamwoorden komen voor in zinnen als:

Wil jij een rode of een witte? Zij is de slimste van de klas. Predicatief Een predicatief gebruikt bijvoeglijk naamwoord staat onder meer in zinnen met een koppelwerkwoord; het is dan het naamwoordelijk deel van het gezegde: ‘De auto is rood’, ‘De tafel is ovaal.’ Ook als een bijvoeglijk naamwoord gebruikt wordt als bepaling van gesteldheid, is het predicatief gebruikt: ‘Stomdronken kwam zij thuis’, ‘Vind je deze muziek mooi?’

Bijwoordelijk Als het bijvoeglijk naamwoord bijwoordelijk gebruikt is, is het een bijwoordelijke bepaling. Vaak wordt het bijvoeglijk naamwoord dan ook een bijwoord genoemd.

De auto rijdt snel. Het tijdschrift verschijnt wekelijks.

Lees Veder Hier https://onzetaal.nl/taaladvies/bijvoeglijk-naamwoord