techniek

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  techniek    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• tech·niek

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘bewerkingen die behoren tot de industrie, vaardigheid’ voor het eerst aangetroffen in 1868

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	techniek	technieken
verkleinwoord	techniekje	techniekjes

Zelfstandig naamwoord

techniek v

1. de bewerkingen en verrichtingen die nodig zijn om iets tot stand te brengen

   • Wordt er in uw beroep vaak gebruik gemaakt van technieken? 

2. de bewerkingen en verrichtingen die horen bij de industrie en de exacte wetenschap

   • Er is een speciale techniek voor reanimatie. 

3. de manier waarop dingen zijn verricht

   • Hier worden echt speciale technieken gebruikt... 

4. technische hulpmiddelen

   • Het gehele proces is overgenomen door de techniek. 

Hyponiemen

   

aandrijftechniek aanpassingstechniek ademhalingstechniek alexandertechniek autotechniek baltechniek bereidingstechniek biotechniek bouwtechniek civiele techniek communicatietechniek computertechniek conserveringstechniek cultuurtechniek discussietechniek druktechniek elektrotechniek energieopslagtechniek energietechniek etstechniek = fietstechniek galvanotechniek geluidstechniek genentechniek gentechniek geotechniek gesprekstechniek gezondheidstechniek glasvezeltechniek hydrotechniek implementatietechniek informatietechniek installatietechniek koeltechniek kooktechniek koudetechniek krijttechniek landbouwtechniek luchtvaarttechniek meettechniek = metaaltechniek microtechniek milieutechniek mnemotechniek motortechniek operatietechniek opnametechniek polytechniek procestechniek psychotechniek radiotechniek reanimatietechniek regeltechniek reproductietechniek ruimtevaarttechniek schildertechniek spaartechniek surimitechniek tandtechniek telecommunicatietechniek = televisietechniek theatertechniek toneeltechniek traptechniek twaalftoonstechniek vacuümtechniek vergadertechniek verhaaltechniek verkeerstechniek verkooptechniek verlichtingstechniek verstechniek verteltechniek vervoerstechniek vliegtechniek waterstoftechniek wervelbedtechniek zangtechniek zelfhulptechniek zoötechniek

Afgeleide begrippen

• technicus, techniekboek, technieker, techniekleraar, technieklerares, techniekles, technieklokaal, techniekonderwijs, technologie, technoloog

Verwante begrippen

• techneut, technisch

Vertalingen

    1. De bewerkingen en verrichtingen die nodig zijn om iets tot stand te brengen   

Engels: technique (en) Frans: technique (fr) v Duits: Technik (de) v

Spaans: ingeniería (es) v, técnica (es) v

Gangbaarheid

• Het woord techniek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "techniek" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.