deelwoord: verschil tussen versies

Uit WikiWoordenboek
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Kvdrgeus (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Kvdrgeus (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 6: Regel 6:
*deel·woord
*deel·woord
{{-etym-}}
{{-etym-}}
* In de betekenis van ‘participium’ voor het eerst aangetroffen in 1633 {{sijs}}
* {{samenstelling||deel||woord}}
* {{samenstelling||deel||woord}}
{{-nlnoun-|{{pn}}|[[{{pn}}en]]|[[{{pn}}je]]|[[{{pn}}jes]]}}
{{-nlnoun-|{{pn}}|[[{{pn}}en]]|[[{{pn}}je]]|[[{{pn}}jes]]}}
Regel 34: Regel 35:
{{crr13|N=100|V=100}}
{{crr13|N=100|V=100}}
{{-info-}}
{{-info-}}
{{refs}}

Versie van 11 jun 2018 14:36

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • deel·woord
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘participium’ voor het eerst aangetroffen in 1633 [1]
  • gebruik: {{samen|nld|…}}
enkelvoud meervoud
naamwoord deelwoord deelwoorden
verkleinwoord deelwoordje deelwoordjes

Zelfstandig naamwoord

deelwoord o

  1. (taalkunde) vorm van het werkwoord die bijvoeglijk en/of in combinatie met een hulpwerkwoord gebruikt wordt
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen