purper: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 12: | Regel 12: | ||
#{{kleur|nld}} een [[paars]]ige kleur |
#{{kleur|nld}} een [[paars]]ige kleur |
||
{{bijv-1|Heeft u die ook in het '''{{pn}}'''?}} |
{{bijv-1|Heeft u die ook in het '''{{pn}}'''?}} |
||
{{adjcomp|{{pn}}|pred=1|nocomp=1}} |
{{adjcomp|{{pn}}|pred=1|p=1|part=[[purpers]]nocomp=1}} |
||
{{-adjc-|nld}} |
{{-adjc-|nld}} |
||
'''{{pn}}''' |
'''{{pn}}''' |
Versie van 22 feb 2017 09:47
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pur·per
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | purper | purpers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | purper | ||
verbogen | (alleen predicaat) |
||
partitief | purpersnocomp=1 | s | - |
Bijvoeglijk naamwoord
purper
- (kleur) de kleur purper hebbend
- Hij rijdt in een purper gekleurde auto.
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord purper staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "purper" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ purper op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Werkwoord
vervoeging van |
---|
purperen |
purper
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van purperen
- Ik purper.
- gebiedende wijs van purperen
- Purper!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van purperen
- Purper je?
Kleuren in het Nederlands (nld) (de kleuren zijn slechts indicatief) (zie ook: RAL-kleuren)
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Kleur in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Predicaatswoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 93 %
- Prevalentie Vlaanderen 96 %
- Werkwoordsvorm in het Nederlands