verheugen: verschil tussen versies

Uit WikiWoordenboek
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
HydrizBot (overleg | bijdragen)
k Robot: toegevoegd: chr:verheugen, mg:verheugen
DifoolBot (overleg | bijdragen)
k audio nld
Regel 1: Regel 1:
{{=nld=}}
{{=nld=}}
{{-pron-}}
{{-pron-}}
*{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}}}
*{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}|nld}}
{{-syll-}}
{{-syll-}}
*ver·heu·gen
*ver·heu·gen
Regel 14: Regel 14:
{{bijv-1|Hij '''verheugde zich op''' haar aangekondigde bezoek.}}
{{bijv-1|Hij '''verheugde zich op''' haar aangekondigde bezoek.}}
#{{ov|nld}} ''iemand ~'' vreugde bereiden
#{{ov|nld}} ''iemand ~'' vreugde bereiden
{{bijv-1|Hij '''verheugde''' zijn moeder met een onverwacht bezoekje.}}
{{bijv-1|Hij '''verheugde''' zijn moeder met een onverwacht bezoekje.}}
{{-trans-}}
{{-trans-}}
{{trans-top|1. ''zich ~'': blijdschap ervaren}}
{{trans-top|1. ''zich ~'': blijdschap ervaren}}

Versie van 6 mrt 2016 13:37

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·heu·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verheugen
verheugde
verheugd
zwak -d volledig

Werkwoord

verheugen

  1. wederkerend zich ~: blijdschap ervaren
    • Hij verheugde zich enorm toen zij onverwachts belde. 
  2. wederkerend zich ~ op: reikhalzend uitzien naar iets
    • Hij verheugde zich op haar aangekondigde bezoek. 
  3. overgankelijk iemand ~ vreugde bereiden
    • Hij verheugde zijn moeder met een onverwacht bezoekje. 
Vertalingen