verheugen: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Updte |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 3: | Regel 3: | ||
*{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}}} |
*{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}}} |
||
{{-etym-}} |
{{-etym-}} |
||
*Afgeleid van [[heugen]] {{ |
*Afgeleid van [[heugen]] {{pref|ver-}} |
||
{{-syll-}} |
{{-syll-}} |
||
*ver·heu·gen |
*ver·heu·gen |
Versie van 2 mei 2008 09:59
Nederlands
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
Woordafbreking
- ver·heu·gen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verheugen |
verheugde |
verheugd |
zwak -d | volledig |
verheugen
- zich ~: blijdschap ervaren.
- Hij verheugde zich enorm toen zij onverwachts belde.
- zich ~ op: reikhalzend uitzien naar iets.
- Hij verheugde zich op haar aangekondigde bezoek.
Vertalingen
1. zich ~: blijdschap ervaren
2. zich ~ op: reikhalzend uitzien naar iets