bijkomen: verschil tussen versies

Uit WikiWoordenboek
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
DifoolBot (overleg | bijdragen)
k audio nld, IPA nld
Regel 1: Regel 1:
{{=nld=}}
{{=nld=}}
{{-pron-}}
{{-pron-}}
*{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}}}
*{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}|nld}}
<!--*{{WikiW|IPA}}: {{IPA|/xxxx/}}-->
<!--*{{WikiW|IPA}}: {{IPA|/xxxx/|nld}}-->
{{-syll-}}
{{-syll-}}
*bij·ko·men
*bij·ko·men

Versie van 12 feb 2016 13:35

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bij·ko·men
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bijkomen
kwam bij
bijgekomen
klasse 4 volledig

Werkwoord

bijkomen

  1. ergatief het bewustzijn herkrijgen
    • De patiënt kwam weer bij toen de narcose uitgewerkt raakte. 
  2. ergatief er, daar ~: in getal of hoeveelheid toenemen
    • Er is weer twee procent bijgekomen. 
  3. ergatief rusten na hard werken of sporten
    • Hij moest wel een week bijkomen na het rennen van de marathon. 
Antoniemen
Vertalingen