Israëlisch
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Israëlisch (hulp, bestand)
- IPA: /ɪsraˈelis/
Woordafbreking
- Is·ra·e·lisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | Israëlisch | Israëlischer | |
verbogen | Israëlische | Israëlischere | |
partitief | Israëlisch | Israëlischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
Israëlisch
- (Jiddisch-Hebreeuws) (demoniem) van het moderne Israël, op Israël betrekking hebbend
Verwante begrippen
Demoniemen bij Israël in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Israëli, Israëliër • inwoonster: Israëlische • bijvoeglijk: Israëlisch |
Gangbaarheid
- Het woord Israëlisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
- ↑ 2,0 2,1 Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
Categorieën:
- Jiddisch-Hebreeuws in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -isch in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Demoniem in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal