Spanier
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- Spa·ni·er
Woordherkomst en -opbouw
- Afleiding van toponiem Spanien
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | der Spanier | die Spanier |
genitief | des Spaniers | der Spanier |
datief | dem Spanier | den Spaniern |
accusatief | den Spanier | die Spanier |
Zelfstandig naamwoord
Spanier m
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Demoniemen bij Spanien in het Duits | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Spanier • inwoonster: Spanierin • bijvoeglijk: spanisch |