Sint-Nicolaas
Uiterlijk
- Geluid: Sint-Nicolaas (hulp, bestand)
- IPA: / sɪntˈnikolas / (4 lettergrepen)
- Sint-Ni·co·laas
- samenstelling van sint zn en Nicolaas en , geschreven met een koppelteken volgens spellingregel 6.I en met hoofdletters volgens spellingregel 16.S
enkelvoud | bezitsvorm | meervoud | |
---|---|---|---|
naamwoord | Sint-Nicolaas | Sint-Nicolaass | - |
verkleinwoord | - | - | - |
Sint-Nicolaas m
- (religie) (katholiek) Nicolaas van Myra, een heilig verklaarde bisschop uit de 4e eeuw
Hij is de beschermheilige van onder meer kinderen en zeelieden. Zijn naamdag, 6 december, vormt de oorsprong van de sinterklaasavond op 5 december. Myra ligt aan de zuidkust van het tegenwoordige Turkije.- ▸ Sint-Nicolaas was, zoals bekend, de bisschop van Myra. Op religieuze afbeeldingen draagt hij dan ook het gangbare bisschopskostuum.[1]
- (folklore) de volgens de traditie uit Spanje afkomstige bisschop die de spil is van het Sinterklaasfeest
- ▸ Sint-Nicolaas heeft zijn tweeledige bezigheid, het straffen en het belonen, eeuwenlang op eigen kracht verricht.[2]
- Sint-Nikolaas ((toegelaten variant in de officiële spelling van 1955 tot 1996)
- Het woord Sint-Nicolaas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Kitty Kilian“Hoe Sinterklaas moderniseerde” (4 december 1996) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Eugenie Boer“De oorsprong van Piet is de boeman niet” (5 december 1992) op nrc.nl
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 13
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Eigennaam in het Nederlands
- Religie in het Nederlands
- Folklore in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal