Reykjaviker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Reykjaviker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- Reyk·ja·vi·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Reykjaviker | Reykjavikers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de Reykjaviker m
- (demoniem) een inwoner van Reykjavik, of iemand afkomstig uit Reykjavik
Verwante begrippen
Demoniemen bij Reykjavik in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Reykjaviker • inwoonster: Reykjavikse • bijvoeglijk: Reykjaviks |
Gangbaarheid
- Het woord 'Reykjaviker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.