Overleg gebruiker:Qaz~nlwiktionary

Pagina-inhoud wordt niet ondersteund in andere talen.
Uit WikiWoordenboek
Beste Qaz~nlwiktionary, van harte welkom op het Nederlandstalige WikiWoordenboek!
Hartelijk dank voor uw medewerking aan dit project dat, zoals u waarschijnlijk wel weet, alle woorden in alle talen voor iedereen vrij en online toegankelijk wil maken. Uw bijdragen daaraan zien we met grote belangstelling tegemoet.
Het Nederlandstalige WikiWoordenboek is een door iedereen vrij te bewerken woordenboek dat inmiddels 898.531 artikelen telt. Gun uzelf even tijd voor de tips in dit venster en begin daarna pas met het bewerken van uw eerste artikelen. Géén van die richtlijnen heeft kracht van wet, want WikiWoordenboek is en blijft natuurlijk vóór alles steeds vrij bewerkbaar. Een beetje houvast voordat u in het diepe springt kan natuurlijk nooit kwaad.
Hoe leer ik dit eigenlijk? Is het niet vreselijk ingewikkeld?
Enkele tips om het aanmaken van nieuwe pagina's simpel te maken.
Hulp
Overzicht van pagina's voor hulp en ondersteuning.
Hoe u mee kunt doen met WikiWoordenboek
Informatie over hoe u uw deel aan WikiWoordenboek kunt bijdragen.
Helpdesk
Voor al uw vragen over WikiWoordenboek.
Conventies
Opmaakafspraken voor artikelen.
De kroeg
Overleggen met andere WikiWoordenboek-gebruikers.

Deze pagina, die nu op uw scherm staat, is trouwens uw persoonlijke overlegpagina; de plaats waar u berichten van andere WikiWoordenboekers ontvangt en beantwoordt. Iedere gebruiker heeft zo'n pagina. Wilt u een bericht voor iemand anders achterlaten, dan doet u dat dus op zijn of haar overlegpagina. Sluit uw bijdragen altijd af met vier tildes, dus zo: ~~~~. Een druk op de handtekeningknop heeft hetzelfde effect: uw bericht wordt automatisch ondertekend met uw gebruikersnaam en de datum en tijd waarop u uw boodschap voltooide. Versturen doet u met "Pagina opslaan".

If your knowledge of our language is limited, you are nonetheless welcome of course! We appreciate your contributions. This message in other languages: English, français, Deutsch.


Hi Qaz, mijn complimenten voor je bijdragen ten eerste. Je bent hard bezig met bijwoorden, voorzetsels enzovoorts en ik ben daar erg blij mee.

Ik moet zeggen dat ik daar in mijn eigen taal nog steeds niet uit ben, hoe dat in het Nederlands nou precies zit. Voorzetsels en bijwoorden en scheidbare voorvoegsels van werkwoorden lopen allemaal heerlijk door elkaar in onze taal en ik heb het gevoel dat onze grammatici dat eigenlijk nooit goed een sluitend systeem voor bedacht hebben. Ik heb vaak het gevoel dat ze alles wat ze niet kwijt kunnen in de categorie ik-bedrijp-dit-niet-dus-zal-het-wel-een-bijwoord-wezen proppen. Neem bijvoorbeeld het woord mee. Dat kan een bijwoordelijk voorvoegsel van een scheidbaar werkwoord zijn

meegaan: ik ga mee

Maar het wordt ook gevormd uit met als je een voornaamwoord omzet in een voornaamwoordelijk bijwoord

ik ga morgen met de trein naar X: ik ga er morgen mee naar X

Vaak is hetzelfde woord ook nog voorzetsel:

doorlopen: ik loop door
ik loop vaak door die straat: ik loop daar vaak door

Ik heb eerlijk gezegd het idee dat het hier echt om hetzelfde woord gaat dat in drie functies gebruikt wordt:

als scheidbaar prefix
als scheidbaar deel van een vnw bijwoord
als voorzetsel

Ik zie dus het voorzetsel eerder als een soort gespecialiseerd 'bij'woord (dat soms een andere vorm (gekregen?) heeft zoals mee-> 'met') en daarom had ik dus het 'bijwoord' voorop gezet. Ik heb nl. het vermoeden dat hat 'bijwoord' niet zo zeer een bij- als hoofdzaak is in onze taal en de stiefmoedelijke bedeling die het vaak ontvangt in onze spraakkunsten is daarmee echt een beetje treurig.

Ik geloof trouwens ook dat voorzetsels oorspronkelijk uit bijwoorden ontstaan zijn (voordien ging vrijwel alles met naamvallen en zo) maar ik ben geen taalkundige.

Het zou me benieuwen jouw inzichten op dit punt te horen. Er is over dit soort dingen bij mijn weten nog nooit een zinnige discussie geweest.

Jcwf 21 sep 2007 21:54 (CEST)[reageer]

Zonder een claim te doen op alwetendheid (ook ik ben geen taalkundige), zal ik je mijn inzichten in deze materie proberen duidelijk te maken.

Voorzetsels onderscheiden zich hierin van bijwoorden, dat zij het soort relatie tot een (genoemd of te noemen) object specificeren. (Ik bedoel hier NIET het object van de zin; de juiste term is me helaas niet bekend.) Bijwoorden in het algemeen hebben niet zo'n object bij zich -- maar daarover later meer.

Ons systeem van voorzetsels vervangt voor een deel het oudere naamvalssysteem. Hiervoor verwijs ik naar het artikel over voorzetsels in wikipedia. In het Nederlands zijn voor het overgrote deel van de woorden de eerste (nominatief), derde (datief) en vierde naamval (accusatief) niet te onderscheiden. Dat beperkt het aantal combinaties dat je met een voorzetsel kunt maken. Een vergelijking met een voorbeeld in het Duits maakt duidelijk welke oplossing onze taal daarvoor heeft:

statisch:

D: Ich sitze in meinem zimmer. (in + [mein zimmer,datief])
NL: Ik zit in mijn kamer. (in + [mijn kamer])

met richting:

D: Ich gehe ins zimmer (hinein). (in + [das zimmer,accusatief])
NL: Ik ga de kamer in. ([de kamer] + in)

Het voorzetsel van richting is in het Nederlands dus feitelijk een achterzetsel. Nederlandse grammatici hebben echter een andere invalshoek gekozen: in de meeste gevallen is het achterzetsel ook te beschouwen als bijwoordelijk (prepositioneel, d.w.z. voorzetsel-) deel van een scheidbaar werkwoord. In het hele werkwoord verschijnt wat net nog een achterzetsel leek nu als voorvoegsel. Slechts daar waar het werkwoord ontbreekt is dan nog sprake van een achterzetsel. Het object, dat bij eerdere beschouwing gebonden was aan het achterzetsel, wordt nu object bij het werkwoord-inclusief-achterzetsel/ object-inclusief-voorvoegsel (en dus het object van de zin), en het achterzetsel krijgt daar waar het los van het werkwoord voorkomt de status van bijwoord (zonder eigen object). Er ontstaat hierdoor een vergelijkbare situatie als bij scheidbare werkwoorden zonder object.

Vergelijk de volgende voorbeelden:

Ik loop de klas uit. ('de klas' is het object bij het werkwoord uitlopen)
Ik sta op. (het werkwoord opstaan heeft geen object)
De trap op! (als 'op' hier geen achterzetsel is, wat is 'de trap' dan?)

Een gevolg hiervan is dat alle scheidbare werkwoorden afzonderlijk in het woordenboek moeten worden opgenomen: 'inlopen' en 'uitlopen' moeten als afzonderlijke werkwoorden (met object) beschouwd worden, en dienen niet als bijzondere gevallen van 'lopen' (met bepaling van richting, geconstrueerd uit een object + een achtervoegsel) te worden gezien. Toch heb ik bij verschillende voorzetsels, waar van toepassing, het gebruik als achterzetsel gedocumenteerd, maar dan met een verwijzing naar het gebruik als bijwoord (t.w. prepositioneel deel van een scheidbaar werkwoord). Het beste argument dat ik daarvoor kan geven is dat de herkenning van plaats en functie van een achterzetsel in de zin m.i. sneller en intuitiever is dan de herkenning van een scheidbaar werkwoord met object -- maar via de verwijzing kom je daar dan toch terecht.

Tot zover voor nu.

Qaz 22 sep 2007 00:48 (CEST)[reageer]

Dank je Qaz.

Dat 'uitlopen' als een nieuw woord gezien wordt is m.i. inderdaad wel terecht, al was het alleen maar omdat het element 'uit' het kale werkwoord van zijn klemtoon berooft.

Antw.:
Mooi argument. Toch had ik zelf altijd de neiging dingen als 'de straat uit lopen' los te schrijven (i.p.v. 'de straat uitlopen', zoals de regel voorschrijft).
Qaz 23 sep 2007 01:13 (CEST)[reageer]

Toch leidt het wel tot merkwaardige toestanden, neem bijvoorbeeld een werkwoord als koffiedrinken - dronk koffie - koffiegedronken. Moet ik nu koffie in de verleden tijd als bijwoord, laat staan als achterzetsel beschouwen? Daar hik ik toch wat tegenaan. Maar goed misschien komt dat omdat ik een koffieleut ben...

Antw:
Ik ben bang dat 'koffiedrinken' geen goed voorbeeld is: 'koffie' wordt wel heel letterlijk en gemakkelijk als object bij 'drinken' begrepen, en daardoor zul je toch gewoon koffie drinken - dronk koffie - koffie gedronken moeten schrijven.
Eh,nee, niet volgens de Taalunie: zie Groene Boekje!!
Oeps, touché. Ik heb het nu pas nagekeken... Het is wel even schrikken, moet ik zeggen. Ik weet nog niet goed wat ik van deze combinatie moet denken... Het zet in ieder geval een deel van het onderstaande betoog op losse schroeven.
Qaz 23 sep 2007 22:26 (CEST)[reageer]

Anderzijds is 'koffie' niet één uit de beperkte lijst voorzetsels (en bijwoorden) die scheidbare werkwoorden vormen. Wanneer een ander woord een vaste verbinding aangaat met een werkwoord, dan wordt daar een prijs voor betaald: als het werkwoord sterk was, dan wordt het zwak. Bovendien is de combinatie onscheidbaar en moet de prefix 'ge-' van het voltooid deelwoord helemaal vooraan geplaatst worden. Beschouw:

  1. vliegen - vloog - gevlogen (sterk)
  2. [het nest] uitvliegen - vloog [het nest] uit - [het nest] uitgevlogen (sterk en scheidbaar, met object)
  3. zweefvliegen - zweefvliegde - gezweefvliegd (zwak en onscheidbaar)
en:
  1. stof zuigen - zoog stof - stof gezogen (werkwoord met object)
  2. stof opzuigen - zoog stof op - stof opgezogen (sterk en scheidbaar, met object)
  3. [de stofzak] volzuigen - zoog [de stofzak] vol - [de stofzak] volgezogen (sterk en scheidbaar, met object - let op: het bijwoord 'vol' is niet bekend als voorzetsel)
  4. stofzuigen - stofzuigde - gestofzuigd (vaste verbinding: zwak en onscheidbaar)
  5. stofzuigeren - stofzuigerde - gestofzuigerd (de stofzuiger gebruiken: zwak en onscheidbaar)
Zouden 'koffie' en 'drinken' ooit zo'n band aangaan, dan zou je dus eigenlijk de volgende vormen moeten verwachten -- hoe vreemd het ook klinkt:
koffiedrinken - koffiedrinkte - gekoffiedrinkt
Qaz 23 sep 2007 01:13 (CEST)[reageer]
Dat laatste zouden de grammatici misschien wel willen, want die hebben de sterke werkwoorden non-productief verklaard. Vandaar ook dat het GB alleen maar gestofzuigd kent. Stofgezogen 'bestaat' dus niet, hoewel ik de volkstammen die het zo zeggen niet de kost zou willen geven... (En eigenlijk hebben zij gelijk: die sterke werkwoorden zijn lang zo dood niet als sommige mensen ze graag willen hebben)

Overigens zou het niet de eerste keer zijn dan een zelfstandig naamwoord tot een werkbijwoord verwerd, denk maar aan weg

Dat 'achterzetsel' vind ik altijd een beetje vreemd omdat in talen waarin echt postposities voorkomen je iha niets tussen het naamwoord (+lidwoord+etc) en het achterzetsel kunt proppen net zo goed als je dat niet tussen voorzetsels en naamwoorden(+) in het Nederlands kunt:

dit gaat niet:

ik zit in de kamer van de generaal => ik zit in van de generaal de kamer

maat dit gaat wel

ik loop de kamer in van de generaal => ik loop de kamer van de generaal in
Antw:
Als ik de mogelijkheden nog eens (anders) op een rijtje zet:
  1. Ik zit in de kamer van de generaal.
  2. Ik loop de kamer van de generaal in.
  3. Ik zit in van de generaal de kamer
  4. Ik loop de kamer in van de generaal.
De derde constructie is niet mogelijk omdat van de generaal de kamer geen geldige genitiefconstructie is: het voorzetsel van bepaalt dat de kamer ervoor en de generaal erachter moet. De vierde constructie klinkt mij altijd lelijk en geforceerd, maar ik erken dat hij gebruikt wordt. Het is wat mij betreft daarmee de uitzondering op de regels van de genitiefconstructie: er wordt (t.b.v. de luie spreker en/of luisteraar?) toegestaan dat de bepaling van de generaal bij de kamer achter het prepositioneel bijwoord (achterzetsel, als je het zo wilt zien) wordt gezet. Je zou het een uitgestelde genitiefconstructie kunnen noemen. Ik zou het gebruik overigens met klem willen afraden van deze lelijke en slordige constructie ;-).
Qaz 23 sep 2007 01:13 (CEST)[reageer]
OK, ok dan zonder genitief, want daar ging het mij niet om:
ik loop de kamer schalks kijkend in
ik zit in schalks kijkend de kamer

In is geen achterzetsel van kijkend. Dat in op kamer volgt in ik loop de kamer in is dus toeval

Okee, je kunt nog het een en ander tussen de kamer en in tussenvoegen, maar een feit blijft dat in achter de kamer staat (en niet ervoor)...

De verbinding (in)<->(de kamer) is dus heel wat steviger dan de verbinding (de kamer)<->(in). Het laatste kan best gezien worden als toeval bij gebrek aan meer elementen in de zin.

Antw:
Nou nee, van de generaal is nu eenmaal een bepaling bij de kamer, en dient er dus direct achter te staan. Daarmee vormt de kamer van de generaal een nieuw begrip, een eenheid waar je geen woorden tussenin zou moeten willen gooien.
Bovendien is het best mogelijk om tussen in en de kamer een bepaling bij de kamer tussen te voegen:
Ik zoek in heel de kamer.
De stank trok heel de kamer in.
Qaz 23 sep 2007 01:13 (CEST)[reageer]

(Of moet ik nu in in de laatste zien als een achterzetsel van generaal?..)

Antw:
Je zou het kunnen zien als een achterzetsel achter de kamer van de generaal.
Qaz 23 sep 2007 01:13 (CEST)[reageer]

Interessant is dat in ouder Nederlands je wel kon zeggen:

ik zat in 's generaals kamer

Ik denk dat dat komt omdat de verbinding in<->de kamer in de loop der geschiedenis vaster geworden is. (Het voorzetsel in was -denk ik- ooit ook een 'los' bijwoord.)

Antw:
Een echte genitief (d.w.z. met gebruikmaking van naamvallen) is nu eenmaal flexibeler in de woordvolgorde dan een voorzetselconstructie: het voorzetsel zelf stelt eisen aan de volgorde, t.b.v. de eenduidigheid van de betekenis. Vergis je echter niet: vrouwelijke woorden krijgen bij de oude naamvalsconstructie voor de genitief geen -s als achtervoegsel. Daardoor waren zij ook niet voorop te plaatsen.
  1. de kamer des generaals
  2. des generaals kamer (merk op dat er een lidwoord vervalt)
  3. de kamer der hertogin
  4. der hertogin kamer (onmogelijke constructie)
Qaz 23 sep 2007 01:13 (CEST)[reageer]

T.a.v. de trap op! dit is een zin zonder werkwoord: (ga) de trap op! en dus niet echt zo veel anders.

Antw:
Ik ken de interpretatie van deze zin met het 'verzwegen werkwoord', maar ik moet zeggen dat die me nooit overtuigd heeft. Waarom zou je de trap op niet gewoon als een bepaling van richting beschouwen, die bestaat uit de trap en het achterzetsel op? De zin De trap op! is dan niets meer dan een bevel in de vorm van een uitgeroepen bepaling van richting. Geen verzwegen werkwoorden, geen magische hoeden, geen witte konijnen.
Qaz 23 sep 2007 01:13 (CEST)[reageer]

Toch laat zo'n voorbeeld wel zien dat de terminologie bijwoord niet erg verhelderend is. Misschien zou je een woord als op drie functies moeten geven:

'voorbijwoord': ik zit op de stoel
'werkbijwoord': ik wil de trap zonder gehinderd te worden op kunnen lopen
'voornaambijwoord': ik zit er met een kopje koffie op

In die terminologie is de trap op dus een 'werkbijwoord' (of liever bijwerkwoord?)

Maar nu ben ik natuurlijk wel erg radicaal bezig...

Antw:
De categorie bijwoorden is -helaas- veel ruimer dan deze drie soorten (waarvan de eerste overigens normaal niet tot de bijwoorden gerekend wordt...); zo omvat hij ook bepalingen bij werkwoorden of bijvoeglijk naamwoorden:
  1. Hij eet grof brood. ('grof' is een bijvoeglijk naamwoord bij het zelfstandig naamwoord 'brood')
  2. Hij eet grof gesneden brood. ('grof' is een bijwoord bij het werkwoord 'snijden', of eigenlijk: bij het bijvoeglijk gebruikte voltooid deelwoord daarvan)
De categorie bijwoorden is dus eigenlijk veel te groot om praktisch te zijn. Daarom neig ik eerder om het bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord net zoals de voorzetsels aan de categorie bijwoorden te onttrekken.
Ik ben wel gecharmeerd van je terminologie, al vind ik 'voorzetsel' minstens zo helder als 'voorbijwoord'.
De term 'werkbijwoord' zou wat mij betreft best mogen worden ingevoerd (al blijft het m.i. in wezen eigenlijk een achterzetsel dat bij het werkwoord 'lopen' hoort). Misschien voel je ook wel wat voor de term 'werkachterzetsel' (of desnoods 'werkvoorzetsel').
Voor de term 'voornaambijwoord' geldt iets soortgelijks. Ik stel voor je derde voorbeeld de term 'voornaamvoorzetsel' voor. Maar goed, nu ben ik al even radicaal bezig als jij daarnet.
Qaz 23 sep 2007 01:13 (CEST)[reageer]


Jcwf 22 sep 2007 01:10 (CEST)[reageer]

Ha eindelijk iemand die niet schrikt van een beetje radicale creativiteit!! Overigens vind ik wel dat we dat soort dingen slechts bij hoge uitzondering en na lang nadenken op lemma bladzijden kunnen in de praktijk brengen. Ander schrikken mensen zo...
Klopt. Een naslagwerk is in principe *niet* de plaats om radicale ideeën te promoten. Het 'achterzetsel' was dan ook in eerste instantie een ongelukje: het geeft weer hoe ik deze woorden zelf waarneem, niet hoe ze volgens de ANS moeten worden ingedeeld. Ik overweeg dan ook de vermelding 'achterzetsel' overal maar weer te schrappen, en de omschrijving te verhuizen naar de overeenkomstige bijwoord-vermelding. Aan de andere kant helpt de aanwezigheid van de 'achterzetsel'-vermelding met verwijzing mijzelf (en iedereen die redeneert zoals ik) juist de bijwoordvermelding sneller te vinden...
Qaz 23 sep 2007 22:26 (CEST)[reageer]

vriendelijke groet Jcwf 23 sep 2007 21:06 (CEST)[reageer]

Je hebt denk ik wat het laatste betreft best gelijk, ik heb dan ook geen bezwaar tegen de aanwezigheid van de aanduiding 'achterzetsel': ik weet dat er mensen zijn die het zo analyseren. (al vind ik het een rare analyse..) Iets anders: ik ben niet zo gelukkig met ~ notaties, althans niet als naam van een bladzijde. Op een bladzijde is het soms wel handig, maar lemmanamen functioneren nu eenmaal ook als basis van het hele zoeksysteem en zo. Als iemand op zoek is naar ten dele, gaat-ie dan echt dele, ten ~ in het zoekvenstertje intypen?
Ik weet: er zijn al een stel van dat soort lemma's maar ik denk eerlijk gezegd dat ze beter uitgewied kunnen worden. Jouw gedachten?

Jcwf 27 sep 2007 18:21 (CEST)[reageer]

Goed dat je op dit punt komt. Ik liep er vandaag tegenaan bij het editen van het lemma 'te'. De enorme toename van het aantal tildeverwijzingen komt doordat ik het daar aanwezige voorbeeld gevolgd heb. Ik ben er zelf eerlijk gezegd ook niet blij mee. Ik kan me dan ook goed voorstellen dat we bijvoorbeeld 'zake, ter ~|ter zake' vervangen door 'ter zake', etc.
Het lijkt me echter wel een prima idee om:
  • Bij het lemma 'te' een verwijzing te geven voor alle 'te/ter/ten'-uitdrukkingen (en uitleg over te/ten/ter, maar die is er al...)
  • Bij het lemma 'ten' een verwijzing te geven voor alle 'ten'-uitdrukkingen, en een verwijzing naar 'te'
  • Bij het lemma 'ter' een verwijzing te geven voor alle 'ter'-uitdrukkingen, en een verwijzing naar 'te'
  • Extra verwijzingen op te nemen zoals:
voor 'ter harte nemen' via 'harte' (daarvoor zal een lemma aangemaakt moeten worden -- we zullen het woord dus moeten benoemen en beschrijven) en via 'nemen'.
Syntactische formules zoals 'harte, ter ~ nemen' kunnen wat mij betreft dan helemaal vervallen. Misschien is het handig om er nog wel ('magische') doorverwijspagina's van te maken. Het uitgangspunt wordt om formules zoals 'te elfder ure' als zodanig op te nemen en te beschrijven. Verwijzingen via 'elfder' en 'ure' zijn echter belangrijk. (Een verwijzing via 'van' voor formules als 'ter hoogte van' lijkt me echter overbodig.) Heb jij daar nadere gedachten over?
Als je het ermee eens bent -- ik wacht je reactie af -- zal ik dus bij het lemma 'te' de uitdrukkingen met de dubbele vierkante haken spoedig een stuk kunnen versimpelen.
Met vriendelijke groet,

Qaz 28 sep 2007 00:14 (CEST)[reageer]

P.S.: Er is nog een alternatief voor het opnemen van het lemma 'harte', en dat is: van 'harte' een magische link naar 'hart' maken, (daar de vorm 'harte' naast 'hart' uitleggen), en de verwijzing naar 'ter harte nemen' daar opnemen. (Die verwijzing hoort trouwens sowieso (ook) in het lemma 'hart' thuis.)
De vraag die zich hierbij voordoet is dan echter: wat te doen met een woord als 'berde' in de uitdrukking 'te berde brengen'?

Qaz 28 sep 2007 01:20 (CEST)[reageer]

Het is denk ik niet mogelijk om uitputtend te zijn omdat bij vrouwelijke woorden op bijv. -ing de vorming van ter uitdrukking nog productief is. Je kunt best zeggen 'ter lancering' of zo. Berde wordt pas zinnig als je er etymologie aan toevoegt denk ik.
Iets anders: leuk die du-vorm. Het grappige is dat zelfs in Middelnederlands de du-vorm al vaak clitisch was: hestu, bestu etc.

Jcwf 9 okt 2007 03:36 (CEST)[reageer]

__

de du-vorm in Noord-Brabantse dialecten[bewerken]

Beste Qaz,

Onlangs las ik je artikel over de du-vorm in Noord-Brabantse dialecten. Daarin zet je uiteen hoe de verouderde du-vorm nog resten heeft in de Noord-Brabantse (en Vlaamse) dialecten.

De theorie van de afgesleten gij-vorm (in de een-na-laatste paragraaf in het artikel) wordt zo makkelijk ontkracht, omdat deze verkeerd is geïnterpreteerd. 'Waarde gij' is namelijk niet een afgesleten 'waardet gij' maar 'waart gij'. Bij deze laatste vorm trad op een gegeven moment assimilatie op en werden de t van 'waart' en de g van 'gij' samen de 'd'. Het werd dus een soort van 'waardij'. De ij werd vanwege het feit dat hij geen nadruk kreeg, uiteindelijk een e. Zo werd 'zijt gij' langzamerhand 'zijde'. Omdat er geen nadruk meer gelegd kon worden op het persoonlijk voornaamwoord in een vorm als 'doede' ('doe je'), voegde men nogmaals 'gij' toe, waardoor je vormen krijgt als 'doede gij'.

Het achtervoegsel '-de' heeft dus eigenlijk - in tegenstelling tot wat je wilt aantonen met dit artikel - niets te maken met de du-vorm. De s die deze vorm in het Nederlands als uitgang had ('du wils', 'du maaks', maar toevallig 'du best') - en dus niet st zoals het Duits heeft! - zou dan nog zeker terug te vinden zijn geweest in het achtervoegsel. 'Loops du' zou dan 'loopste' of iets dergelijks geworden zijn. En hoe verklaar je overeenkomstig dit artikel een vorm als 'zulde (gij)'? Het was 'du sals', met de a van het enkelvoud en niet de u van het meervoud.

Ten slotte citeer ik een stuk van de volgende pagina: http://www.dbnl.org/tekst/koel004inle01_01/koel004inle01_01_0005.htm "Gaat de persoonsvorm vooraf, dan treedt in de zeventiende eeuw nog vrij vaak een variant van ghij op, namelijk -y (soms ook -i). Die -y wordt gewoonlijk vastgespeld aan de voorafgaande persoonsvorm, die dan niet op de verwachte t eindigt, maar op d, dus bijvoorbeeld meugdy (‘moogt ge’), quaemdy (‘kwaamt gij’, of liever: ‘kwam u’), brenghdy (‘brengt u’), suldy (‘zult u’), kundy (‘kunt u’), zydy (‘zijt gij’, ‘bent u’) enz. Na -y kan opnieuw een voornaamwoord aangehecht worden, dus bijvoorbeeld: van wat verwe begeerdyse?"

Ik weet niet wat het beste is - het artikel volledig omgooien of verwijderen - en daarom zal ik eigenhandig het artikel maar niet gaan aanpassen.

Groetjes, Yvanspijk 7 jul 2008 16:52 (CEST)[reageer]

Uw gebruikersnaam wordt gewijzigd[bewerken]

18 mrt 2015 05:13 (CET)

Gebruikersnaam gewijzigd[bewerken]

19 apr 2015 12:04 (CEST)